Spaanse regering onderzoekt spionage van Catalaanse separatisten
De regering en mensenrechtenombudsman in Spanje hebben zondag twee afzonderlijke onderzoeken aangekondigd naar mogelijke spionage door kabinet en overheid. Meer dan zestig mensen die gelieerd zijn aan de Catalaanse separatistenbeweging zouden in de gaten zijn gehouden door het gebruik van Pegasus-software van het Israëlische bedrijf NSO. Volgens de Canadese digitale mensenrechtengroep Citizen Lab ging het om onder anderen parlementsleden, politici, advocaten en activisten.
De spionage zou hebben plaatsgevonden tussen 2017 en 2020, tijdens de hoogtijdagen van de Catalaanse separatistenbeweging. De mobiele telefoons van de separatisten zouden zijn gehackt en afgeluisterd. Soms werden ook hun medewerkers of familieleden in de gaten gehouden.
De onderzoeken volgen na druk op de Spaanse regering. De Catalaanse regiopremier Pere Aragonès zei zondag in de Spaanse krant El País binnen enkele dagen een reactie te willen krijgen. De Catalaanse minister Laura Vilagrà eist bovendien dat de betrokkenen in Madrid aftreden. Het Spaanse ministerie van Defensie ontkent de aantijgingen en zegt dat de Pegasus-software altijd "op legale wijze" is gebruikt. NSO zei al eerder dat de aantijgingen niet kloppen.
De Spaanse regio Catalonië riep in 2017 de onafhankelijkheid uit, nadat veel mensen in een referendum voor afscheiding hadden gestemd. De uitslag was controversieel vanwege de lage opkomst. Daarnaast was het referendum verboden door de centrale regering in Madrid.