De 62-jarige Kok merkt ondertussen wel een groot verschil. „We kunnen we nog aardig mee hoor, maar bij de sport wordt tegenwoordig met veel meer power gegooid dan vroeger. Om die techniek nog aan te leren blijkt lastig. Maar ik heb het nu over vroeger. Dat klinkt echt als een ouwe man hè?”, grijnst Kok veelbetekenend.

Bij de 50+ zijn veel toernooien. Daar kiest hij er een paar van uit. Met zijn ’maatje’ Van den Bogaard. „Decennia lang heb ik wekelijks toernooien gegooid. Dat is nu een stuk minder geworden. Niet omdat ik het niet leuk vind, maar vooral omdat ik niet meer met de besten mee kan. Ik ga altijd naar de Nederlandse kampioenschappen. Met de dubbels wonnen we zes jaar geleden ook al. En nu dus voor de tweede keer. Als single moet ik dat als master nog voor elkaar zien te krijgen. Die staat nog niet op m’n lijstje. Ik heb daarmee wel een doel om naar toe te werken tijdens de trainingen.”

Die trainingen doet Kok nog steeds bij Bowlingvereniging Haarlem die ’gooien’ bij Bison op de Orionweg. „Ik kreeg begin april een speldje uitgereikt. In 2020 was ik al benoemd tot lid van verdienste door de Nederlandse Bowling Federatie, maar ik kon het vanwege corona niet eerder in ontvangst nemen. Ik vond het evengoed een mooie blijk van waardering. In mijn dankwoord gaf ik aan dat de sport de rode draad in mijn leven is. Ik bowl inmiddels een halve eeuw. Dan moet je het echt leuk vinden, toch?”