Door de hele badplaats heen, op het strand, in de duinen en op het circuit stonden hindernissen opgesteld die de 3.100 deelnemers moesten bedwingen.

Afhankelijk van de afstand – 5, 10 of 21 kilometer bij de volwassenen – betekende dat er maximaal 38 hindernissen gepasseerd moesten worden. Iedere keer met de uitdaging om de grond niet te raken.

Gebeurde dat wel volgden de onverbiddelijke ’penalty-loops’ waarbij je met of zonder zandzak, ketting of boomstam extra rondjes moest lopen. Het evenement staat immers bekend als de fysieke uitdaging waarbij de klok loopt.

Organisator Lars Vreugenhil keek tevreden terug: „Het weer zat mee, maar ik word altijd zo blij als een Spartan de finish haalt. Je ziet de trots bij ze als ze eenmaal klaar zijn. Ze zijn kapot, maar wel voldaan.”