Mijn persoonlijke pensioenplan? Alles opmaken! | column

Richard Kemper

Soms vraagt iemand hoe lang ik nog in het theater bezig blijf. Meestal als ze me ’s morgens tegenkomen in de sportschool en de piepende geluiden niet van de loopband blijken te komen, maar van mijn gewrichten.

Nou, u bent voorlopig nog niet van mij af. Niet alleen is theater maken het op een na leukste om te doen, ook qua pensioen ben ik nog niet helemaal rond. Elke zelfstandige herkent het, een pensioengat. Ik heb laatst uitgerekend dat ik tot acht jaar na mijn dood moet blijven werken.

Tel daar met de nieuwe pensioenplannen van ons gammele kabinet nog maar een jaar of tien bij op. Het lijken mij in alle opzichten de slechtste plannen ooit.

Grosso modo komt het erop neer dat we de zekerheid van een vaste pensioenuitkering loslaten en het bedrag dat je straks ontvangt via je persoonlijke pensioenplan afhangt van de prestaties op de beurs. Nu ben ik geen econoom, maar de vraag is of dat nodig is om te zien dat we hier enorm veel spijt van gaan krijgen.

Je hoeft ook geen arts te zijn om te weten dat Peter Gillis iets aan zijn cholesterol moet doen. Uitgerekend in de fase dat mensen toe zijn aan een rustige oude dag, vinden we het slim om de maandelijkse uitkering net zo onvoorspelbaar te maken als de buien van onderwijsminister Dennis Wiersma.

De gedachte is dat de beurs op langere termijn beter presteert dan een vaste rente en we zo dus meer profiteren van economische groei. Er zijn ook dips op de beurs. Daar moet je tegen kunnen. Iedereen die weleens een bedragje heeft belegd, weet dat het soms net zo nerveus tekeer kan gaan op de beurs als Jochem Myer tijdens een natte droom. Niet te doen. De Beurs… hoe lang zien we die nog als heilige graal? Het heeft al die jaren het slechtste in ons naar boven gebracht. En in bedrijven.

Aandeelhouderswaarde wordt nog altijd gemeten in keiharde euro’s die vooral afhankelijk zijn van winstcijfers. Hoe meer winst, hoe hoger het aandeel. Dus als we straks met z’n allen nóg afhankelijker zijn van die aandelen, wordt ook winst nóg belangrijker. En meer winst haal je door meer te besparen op productie en minder te investeren in zaken die niet meteen iets opleveren.

Minder uitgeven bijvoorbeeld aan faire arbeidsvoorwaarden of duurzame fabricage. Zaken die we allemaal zogenaamd heel belangrijk vinden, totdat het direct afgaat van ons pensioenpotje. Zo hoog heb ik ons ook weer niet zitten.

Wat goed zou zijn voor ons allemaal leeft sowieso al niet erg onder de economische elite. Neem alleen al het schoolexamen economie waar 180.000 vmbo-, havo- en vwo-scholieren zich afgelopen week doorheen moesten vechten. Niet één vraag over duurzaamheid of circulaire economie. Wel over de winstgevendheid van een vat olie en de berekening van de auto van de zaak. Laat staan als we straks allemaal belang hebben bij een zo hoog mogelijke winst van beursgenoteerde bedrijven...

Dan is het leve de mensonterende werkomstandigheden in derdewereldlanden en leve de wegwerpcultuur met rotzooi die je hooguit een keer gebruikt. En die paar actievoerders die afgelopen week de aandeelhoudersvergadering van Shell verstoorden om aandacht te vragen voor iets dat niet direct over winst ging? In financiële zin dan?

Dat zijn straks staatsgevaarlijke gekken die ons allemaal in de weg zitten. Er zit qua winst maar een ding op in mijn Persoonlijke Pensioen Plan. Alles opmaken en snel een beetje. Rondje?

Instagram: @richardkemper

Meer nieuws uit Opinie-Column

Ombudsteam

Ons Ombudsteam springt in de bres voor de consument.